Warm bad van empathie
‘Mijn moeder – die heeft meegewerkt en slokdarmkanker had – is overleden toen het programma een eerste keer werd getoond. Ik vind het jammer dat ze niet meer heeft gezien hoe Boris binnengekomen is bij de mensen. Ze zou zo trots geweest zijn.’
‘Voor mij heeft de reeks dan weer het verdriet om haar dood verzacht. Door de vele positieve reacties op het programma zat ik in een warm bad van empathie. Was ze later gestorven, dan had haar overlijden me wellicht keihard teruggekatapulteerd naar de tijd waarin ik mijn broer en vader verloren ben.’
Vroeg op eigen benen
‘Boris was 22 toen hij te horen kreeg dat hij buikvlieskanker had, een zeldzame ziekte. Hoewel ondertussen bijna dertig jaar geleden, herinner ik me het moment van de diagnose nog. Als 18-jarige was sterven iets voor oude mensen. Boris was jong en sterk en het kwam niet in mij op dat hij er twee jaar later niet meer zou zijn.’
‘In die twee jaar dat mijn broer ziek geweest is, hebben mijn ouders me bewust thuis zoveel mogelijk weggehouden en daar ben ik blij om. Ik ging net grafische vormgeving studeren. Dat kon in Antwerpen, maar ze stuurden me op kot naar Gent. Zo konden ze Boris letterlijk en figuurlijk meer ruimte geven zonder dat ik daar met mijn noden tussenkwam. Ik heb daardoor vroeg op eigen benen leren staan.’
Laagje duisternis
‘Een deel van mijn jeugd heb ik niet beleefd omdat ik me moest wegcijferen. Ook als student leefde ik met de rem op. Ik ging weinig naar feestjes. Dat was puur praktisch: je wil niet dronken op de trein moeten stappen als er thuis iets zou gebeuren.’