Kan kanker opgespoord worden in het bloed?

Kanker opsporen met alleen een bloedafname, zonder te zoeken naar een specifieke kanker, is niet mogelijk. Als je arts een bepaalde kanker bij jou vermoedt, kan hij soms wel proberen om die op te sporen in je bloed maar meestal volstaat een bloedonderzoek niet.

Om te onderzoeken of je al dan niet kanker hebt, gebeurt meestal een biopsie of een punctie. Daarnaast helpen beeldvorming (onderzoeken zoals CT-scan, MRI, echografie) en laboratoriumonderzoek (zoals bloed- of urineonderzoek) je arts om een diagnose te stellen en om de beste behandeling te kiezen.

Als je arts op basis van de resultaten van bepaalde opvolgonderzoeken vermoedt dat de kanker terug is, of als je bepaalde tekens en symptomen hebt, laat hij opnieuw meerdere onderzoeken uitvoeren (beeldvorming, bloed- en urineonderzoek, soms een biopsie). Ook om uitzaaiingen vast te stellen, volstaat een bloedonderzoek alleen dus niet.

Wat vertellen bloedtesten wel? Ze geven artsen een aanwijzing over wat er in je lichaam gebeurt en hoe goed je organen werken. Een abnormale waarde van een bepaalde stof kan een teken zijn van een kanker of de terugkeer van een kanker. De artsen kunnen in je bloed onder andere tumormarkers of tumormerkers meten. Dat zijn stoffen, meestal eiwitten, die je lichaam maakt als reactie op kanker of die door de kanker zelf gemaakt worden. Voorbeelden zijn CEA (bij dikkedarmkanker, maagkanker en pancreaskanker) en PSA (bij prostaatkanker).

Er gebeurt ook heel wat onderzoek naar de mogelijkheid om kanker of herval van kanker op te sporen met een vloeibare biopsie of vloeistofbiopsie. Een tumor laat stukjes genetisch materiaal en tumorcellen achter in de bloedsomloop. Met een vloeibare biopsie kunnen artsen dat materiaal mogelijk opsporen en laten analyseren. Maar dat is nog geen standaardonderzoek. Er wordt nog volop onderzocht of het bruikbaar is bij de diagnose, behandeling en opvolging van kanker.

Met dank aan prof. dr. Sylvie Rottey
Laatst aangepast op
Laatst medisch gereviseerd op