Evelyne Thielens/Nelly Bellemans - Copyright: Filip Claessens

We hebben weinig woorden nodig om elkaar te begrijpen

Schouder aan schouder - Eveline Thielens en haar bomma Nelly Bellemans

Uit Leven • Editie 98 • April 2023

Eveline (36) kreeg op haar 24ste te horen dat ze een hodgkinlymfoom had. In 2022 werd ze opnieuw getroffen door kanker. Ze vindt steun bij haar bomma Nelly (76), die zelf ook kankerpatiënt is en negen jaar geleden haar man verloor aan darmkanker. ‘Haar optimisme, dat pak ik vast en neem ik mee.’

Auteur: Tine De Blaere • Fotograaf: Filip Claessens

Stel je vraag over kanker

Contacteer de Kankerlijn

Bel 0800 35 445
Nu niet beschikbaar
Ma-vrij 9-12u en 13-17u
Chat met de Kankerlijn
Nu offline Beschikbaar op 29/04/2024 om 09:00
Ma 9-12u
Woe 14-17u en 19:30-22:30u

Eveline: ‘Ik was net een half jaar aan het werk als kleuterjuf, toen ik een klein bolletje voelde in mijn hals. De huisdokter liet een echo maken. Diezelfde avond mocht ik opnieuw op consultatie. Ze hadden iets gezien, maar wisten niet goed wat. De dag nadien werd een biopsie uitgevoerd. Op 22 juni ben ik jarig en op 23 juni kreeg ik te horen dat ik een hodgkinlymfoom had. De week nadien werd de chemo opgestart. Bomma Nelly ging mee naar het ziekenhuis als mijn mama niet kon. Gewoon door daar naast me te zitten – dat was soms een hele dag – voelde ik me gesteund. Ze was er altijd, voor om het even wat.’

Nelly: ‘Toen Eveline vertelde dat ze hodgkin had, dacht ik: dat kan niet. In 2006 werd bij mij voor het eerst longkanker vastgesteld. De dokters gaven me maar 20 procent overlevingskans. Maar ik liet me niet hangen. Dat deed ik voor mijn kinderen, kleinkinderen en voor mijn man. Ik wou leven voor hen. Negen jaar geleden overleed mijn man Raymond aan darmkanker. Ik mis hem nog elke dag.’
Eveline: ‘Waar je bomma zag, zag je bompa. Ze deden alles samen. Toen bompa overleed, is het heel moeilijk geweest. Maar er zijn zoveel mooie herinneringen. In het begin doet dat pijn, nu soms nog altijd, maar die herinneringen houden ons sterk.’

Samen op vakantie

Eveline: ‘Elk jaar gingen we in de zomervakantie twee weken samen naar het zuiden van Frankrijk. Bomma had net chemo gekregen en had een hele zware operatie achter de rug. Ze hadden een stuk van haar long weggenomen. Een maand na haar operatie ging ze toch mee op reis. Ik vraag me nog altijd af hoe ze dat gedaan heeft. Iedereen zorgde toen voor haar.’

Nelly: ‘Ik was een koninginnetje. Nu kan ik niet meer mee op vakantie en dat vind ik heel erg. In 2008 kreeg ik opnieuw longkanker. Deze keer in de andere long. De dokters namen toen nog eens een stuk weg. Daarom heb ik nu zuurstof nodig, zowel overdag als ‘s nachts. Maar ik probeer nog zoveel mogelijk zelf te doen. Elke dag kook ik voor mezelf. Ik ga zitten aan tafel, zet mijn zuurstof aan en schil patatjes. Poetsen gaat niet meer alleen. Dat mogen mijn dochters doen.’ (lacht)

Eveline Thielens/Nelly Bellemans - Copyright: Filip Claessens

Tweede diagnose

Eveline: ‘In mei 2022 kreeg ik voor de tweede keer te horen dat ik kanker had. Een wekedelensarcoom in mijn linkerbovenarm. Ik heb toen heel hard geweend. Ik wist welke rollercoaster eraan zou komen. Toch kon ik vrij snel dat knopje omdraaien, dat moet. De dokter schreef onmiddellijk ziekteverlof voor. Hij vond dat ik aan mezelf moest denken, maar ik voelde me schuldig dat ik niet aan het werk was. Ik ging een koffie drinken in de stad en kwam dan wel eens ouders van mijn kleuters tegen. Die zagen niks aan mij en dan had ik het gevoel dat ik me moest verantwoorden. Achteraf was ik wel blij om de rust. Die had ik toen nodig. Toen na de operatie bleek dat ik geen bestraling of chemo meer nodig had, voelde ik me een geluksvogel. Geen nabehandeling én terug naar mijn kleuters in september.’

Eveline Thielens/Nelly Bellemans - Copyright: Filip Claessens

Mentale weerbots

Eveline: ‘Al snel bleek dat voltijds werken te zwaar was. Na enkele weken besliste ik om mijn lesopdracht te verminderen tot vier vijfden. Dat was geen makkelijke keuze, maar wel nodig. Ik heb het gevoel dat ik het minder goed verwerkt krijg deze keer. Dat mijn lichaam me keer op keer in de steek laat. Ik nam contact op met een psycholoog in het ziekenhuis. Die gesprekken doen me deugd. Nu moet ik een manier zoeken om weer vertrouwen te vinden in mijn lichaam. Het litteken op mijn arm is niet zo mooi genezen. Het is een keloïd, een litteken dat groter is dan de oorspronkelijke wonde en soms hard en pijnlijk jeukt. Toch is het een deel van mij geworden. Het houdt me niet tegen om dingen te doen. Ik zwem heel graag en ik begon ook opnieuw met zumba en pilates. Ik heb dat nodig om mijn hoofd leeg te maken. En ook bomma zit nooit stil. Ik weet dat ik haar in de namiddag nooit moet bellen, want dan is ze op zwier.’

Nelly: ‘Ik kom graag onder de mensen om mijn gedachten te verzetten. Bijkletsen met mijn vriendinnen in het woonzorgcentrum of koffie drinken met mijn zus. We wonen in dezelfde straat en met mijn rollator rij ik haar dan tegemoet. Of we gaan samen op bezoek bij mijn andere zus. Dat doet me goed.’

Op controle

Eveline: ‘Om de drie maanden moet ik op controle. Nu ben ik daar nog niet mee bezig, maar als het moment daar is, ben ik altijd heel zenuwachtig. In de wachtkamer heb ik klamme handen en krijg ik het koud. Maar na het onderzoek is het ook altijd van me af, wat het nieuws ook is.’

Nelly: ‘Zo een dag of twee voor een controle begint het bij mij ook te kriebelen in mijn buik. Bij mijn laatste controle hebben ze een nieuw plekje gezien in het midden van de long. De dokters laten het voorlopig zo, want ze kunnen er niet aan. Ik hoop dat er toch nog een middeltje is, want ik moet mijn achterkleinkinderen groot zien worden. Dat houdt me sterk.’

Unieke band

Eveline: ‘Vroeger gingen we op zaterdag regelmatig met de hele familie naar de stad. Dat was ons momentje. ‘s Middags aten we broodjes bij bomma en bompa thuis, daarna trokken we de stad in en ‘s avonds gingen we een hapje eten. Nu gaat dat niet meer, maar als het lukt, gaan we op zaterdagavond nog altijd uit eten.’

Eveline Thielens/Nelly Bellemans - Copyright: Filip Claessens

Nelly: ‘Als we op stap gaan, vraag ik altijd “Is Eveline erbij?”. Ik zie iedereen even graag, maar Evelien moet erbij zijn. Onze band is altijd al sterk geweest. Ik ben haar meter en ze was mijn eerste kleinkind. Ik noem haar schatje of lieveke, want ze blijft mijn klein meisje. Wij verstaan elkaar. Soms zonder woorden. We weten wat de ander heeft meegemaakt. Kanker is een deel van ons geworden, maar we blijven daar niet in hangen. Kop op, zeg ik altijd. Je laten hangen, dat helpt niet. Je moet boven water blijven.’

Kanker is een deel van ons geworden, maar we blijven daar niet in hangen.

Eveline: ‘Bomma blijft altijd het positieve zien in dingen. Haar optimisme is iets wat ik vastpak en meeneem. Dat is niet altijd makkelijk, maar dat heb ik van haar geleerd. Bij ons zit het hem in de kleine momenten die we met elkaar delen. Een simpele knuffel of iets anders. We hebben weinig woorden nodig om elkaar te begrijpen. Ik ga graag keramieken en dan verras ik haar met iets dat ik gemaakt heb. En waar ik haar ook heel blij mee kan maken, dat is met mijn tiramisu.’

Nelly: ‘Haar tiramisu is super! Wel denkt ze dat haar bomma nog een minnaar heeft, zo’n grote portie brengt ze me dan. Ik kan daar zeker twee dagen van eten.’ (lacht)

Wie is jouw grote steun en toeverlaat, wie geeft er jou moed, samen met wie kom je je ziekte door? Mail ons kort je verhaal, misschien kunnen we jullie samen interviewen. E-mail: leven@komoptegenkanker.be.

Lees meer verhalen in het magazine Leven

Veel van onze verhalen zijn ook verschenen in het magazine Leven van Kom op tegen Kanker. Abonneer je om geen enkel verhaal te missen!