Onderzoeken en diagnose van leverkanker

De arts start met een gesprek over je gezondheidstoestand en een lichamelijk onderzoek. Hij onderzoekt je buik door eraan te voelen en luisteren en door erop te kloppen. 

Daarna volgt een bloedonderzoek. Op basis van dat onderzoek kan de arts andere aandoeningen van de lever uitsluiten of aantonen en de werking van de lever nagaan. Soms volgt een endoscopie van de slokdarm en de maag om spataders op te sporen. Spataders wijzen op overdruk in de lever. Het is belangrijk om eventuele overdruk op te sporen omdat die mee bepaalt of een operatie haalbaar is.

Na het gesprek, het lichamelijk onderzoek en het bloedonderzoek kan de arts beeldvorming aanvragen om de lever te onderzoeken op knobbels. Dat kan op verschillende manieren: via een echografie, een CT-scan en een MR-scan. Het belangrijkste onderzoek om vast te stellen of de knobbel wel of geen kanker is, is een punctie of een biopsie. Het laboratorium onderzoekt daarna of daar kwaadaardige cellen tussen zitten. Zo kan ook onderzocht worden of er in de lymfeklieren in de omgeving van de lever kwaadaardige cellen zitten. Bij patiënten met levercirrose is een punctie of biopsie niet nodig. Als er bij die patiënten typische afwijkingen zichtbaar zijn op de CT- en/of MR-scan, is het heel duidelijk dat er een kwaadaardige tumor is.

Als er in de knobbel kwaadaardige cellen zitten, kunnen nog andere onderzoeken volgen om te controleren of er uitzaaiingen zijn naar de lymfeklieren of andere organen (zoals longen of bot). Dat kan met een CT-scan, een MR-scan of een PET-CT-scan

Stadia van leverkanker

Met al die onderzoeken kan de arts het stadium van de ziekte vaststellen. Dat is de mate waarin de ziekte zich in het lichaam uitbreidde. De arts houdt rekening met de plaats en de grootte van de tumoren, het aantal tumoren, de eventuele doorgroei van de tumoren in de bloedvaten en het omringende weefsel, uitzaaiingen in de lymfeklieren en/of organen elders in het lichaam en de agressiviteit van de kankercellen. De arts houdt ook rekening met in hoeverre je lever nog werkt en met je fysieke toestand.

Bij leverkanker zijn er vier stadia: van een vroeg (A) over een tussenliggend (B), een gevorderd (C) en een eindstadium (D) van de kanker.

Stel je vraag over kanker

Contacteer de Kankerlijn

Bel 0800 35 445
Nu niet beschikbaar
Ma-vrij 9-12u en 13-17u
Chat met de Kankerlijn
Nu offline Beschikbaar op 29/04/2024 om 09:00
Ma 9-12u
Woe 14-17u en 19:30-22:30u
Met dank aan dr. Alain Bols , prof. dr. Hans Van Vlierberghe en prof. dr. Chris Verslype
Laatst aangepast op
Laatst medisch gereviseerd op