- Als je arts vermoedt dat je misschien chronische lymfatische leukemie hebt, zal hij een gericht bloedonderzoek doen.
- Als dat verdachte afwijkingen aan het licht brengt, volgt een beenmergonderzoek. Daarvoor is een beenmergpunctie en eventueel een botbiopsie nodig.
Met de uitslag van die onderzoeken stelt een arts die gespecialiseerd is in bloedziekten (hematoloog) de diagnose. Als je chronische lymfatische leukemie hebt, helpen het bloed- en beenmergonderzoek ook om te bepalen welk type je precies hebt.
Er kunnen ook nog andere onderzoeken gebeuren:
- röntgenonderzoek van het hart en de longen
- röntgenonderzoek en echografie van de buik
- hartfunctieonderzoek om de werking van de hartspier te testen
- extra bloedonderzoek om meer informatie te krijgen over hoe bepaalde organen werken (bijvoorbeeld de lever en de nieren)
- punctie van ruggenmergvocht
- DNA-onderzoek of moleculair onderzoek, om veranderingen te ontdekken in lichaamscellen. Die veranderingen of mutaties kunnen de reden zijn dat kankercellen blijven groeien en delen. Ze opsporen is belangrijk om te kunnen kiezen voor de best mogelijke behandeling.