Als de therapie met succes is afgerond, vragen patiënten zich af wat er nog meer gedaan kan worden. Als het met de therapie niet gelukt is de kanker uit te schakelen, is het de vraag hoe de symptomen zo goed mogelijk bestreden kunnen worden en wie daarbij kan helpen. Hulp bij de praktische én bij de emotionele aspecten van de ziekte zijn vaak welkom. Nazorg is in beide situaties erg belangrijk. Het begrip ‘nazorg’ houdt dan ook veel in: medische begeleiding, oncorevalidatie, psychische en sociale opvang en zo nodig palliatieve zorg.
Deel van de nazorg is een geregelde medische controle (bloedafnames, echografie van de lever, röntgenonderzoek van de longen, enz.), vooral met de bedoeling een mogelijk herval zo snel mogelijk op te sporen en te behandelen. Je zult daarbij alle betrokken specialisten zien: de chirurg, de medisch oncoloog en/of de orgaanspecialist en de radiotherapeut-oncoloog. De radiotherapeut zal zo mogelijk het resultaat van de bestraling nagaan, met jou bekijken of je nog bijwerkingen hebt en of het gezonde weefsel zich goed hersteld heeft.