Thuis
‘Ik woon en werk al zeven jaar als VRT-correspondent in New York en voel me thuis in die metropool. Voor mijn kanker moest ik geopereerd worden. Daarvoor keerde ik terug naar België. Mijn zoon is chirurg in opleiding en ik liet me het liefste behandelen in het ziekenhuis waar hij werkt. Als je in nood bent, heb je graag je familie dichtbij.’
‘Na de operatie logeerden mijn vrouw en ik op verschillende plaatsen en leefden we uit onze koffers. Als journalist ben ik dat gewoon, maar als je ziek bent, heb je toch wat meer behoefte aan homeness: comfort, gezelligheid, een dekentje waar je onder kunt kruipen. Ik ben blij dat ik in die moeilijke dagen in België was, maar na acht weken keken mijn vrouw en ik ernaar uit om terug naar de Verenigde Staten te vliegen.’
Stress
‘Net voor onze terugreis kreeg ik te horen dat verdere behandeling niet nodig was. En hoewel mijn vrouw en ik blij waren met dat nieuws, lukte het niet meer om uitbundig te juichen. We hadden de laatste weken zodanig onder stress gestaan dat onze energie op was, zelfs om vrolijk te zijn. Ook voor mijn partner was het zwaar. Mijn vrouw is 19 jaar jonger en ze vreesde dat ze haar man vroeg zou verliezen. Ze is trouwens nog altijd op haar hoede.’
‘Maar het is niet omdat we geen gat in de lucht sprongen, dat ik niet besef wat voor een lucky bastard ik ben. Had die scan niet toevallig mijn longen mee in beeld gebracht, dan was de tumor onopgemerkt gebleven. Ik was dan lustig blijven roken en had wellicht over een jaar of vier de diagnose van uitgezaaide longkanker gekregen met mogelijk fatale gevolgen.’
Stoppen met roken
‘Ik geloof niet in voorbestemming, wel in toeval. Fucking coincidence, zeggen ze in Amerika. Een schitterend ongeluk. Want dankzij de kankerdiagnose kon ik van de ene op de andere dag stoppen met roken.’
‘Ik heb in het verleden vaak de intentie gehad om de sigaret te bannen, maar ik deed nooit echt genoeg mijn best. Je bent jong en je lijf kan nog alles aan. Maar ondertussen weet ik beter.’
Tweede kans
‘Fysiek is het niet zo moeilijk om het roken te laten. Na een drietal dagen mist je lijf de nicotine niet meer. Maar mentaal is het lastiger. Ik rookte vanaf mijn zestien. Al die jaren was de sigaret voor mij een beloning na een stressmomentje of een inspanning, maar ook een manier om het gezellig te maken.’