Enkel als er 'gewichtige medische tegenindicaties' zijn, kan iemand voor beperkte of onbeperkte tijd een vrijstelling krijgen om de gordel te dragen. Bij kankerpatiënten kan het dragen van een autogordel bijvoorbeeld eventueel problemen geven na een laryngectomie of door pijn bij erge stralingswonden. Het is de dokter die beslist of er een gegronde medische reden is waarvoor de patiënt geen gordel hoeft te dragen. Het doktersattest moet samen met de ingevulde aanvraag voor vrijstelling schriftelijk ingediend worden bij de FOD Mobiliteit en binnen de vijf dagen krijgt de persoon de vrijstelling. De chauffeur moet die vrijstelling van de FOD altijd bij zich hebben als hij met de wagen rijdt. Een doktersattest alleen is dus niet voldoende om zonder veiligheidsgordel te mogen rijden.
Maar misschien kan de patiënt zich voldoende behelpen met een aantal hulpmiddeltjes die het dragen van een autogordel comfortabeler maken. Een kussentje, zacht hoesje rondom of een stukje mousse tussen de huid en de veiligheidsgordel kan veel ongemak voorkomen (o.a. in sommige autowinkels te verkrijgen). Door de gordel iets uit te trekken en er bovenaan een wasknijper op te klemmen kan de druk wat verminderd worden (bijv. als de huid bij een borstprothese of implantaat gevoelig is).