Kunnen praten vermindert de angst al voor de helft

Jan Verhulst is kankervrij, maar nog altijd bang

Uit Leven • Editie 83 • Juli 2019
Jan Verhulst

Vier jaar geleden werd bij Jan Verhulst (66) prostaatkanker vastgesteld. Met een operatie verdween de kanker uit zijn lichaam, maar in zijn hoofd bleef de ziekte aanwezig. De vrees dat kanker een tweede keer zou toeslaan, liet hem niet los. ‘Elke kankerpatiënt is ooit wel eens bang om te hervallen’, zegt hij, ‘maar bij mij beheerste de angst mijn leven.’

Auteur: Liesbet De Vuyst • Fotograaf: Lieven Van Assche

Stel je vraag over kanker

Contacteer de Kankerlijn

Bel 0800 35 445
Nu niet beschikbaar
Ma-vrij 9-12u en 13-17u
Chat met de Kankerlijn
Nu beschikbaar
Ma 9-12u
Woe 14-17u en 19:30-22:30u

Zwaar bloedverlies in de stoelgang deed Jan Verhulst in paniek naar de huisarts hollen. Die deelde zijn ongerustheid en verwees hem door. Bij een van de onderzoeken stelde een arts verharde stukken vast in Jans prostaat. De echografie die daarna volgde bij de uroloog, sprak duidelijke taal, die door de uroloog vertaald werd met ‘Dat is kanker’.

‘Het was alsof met die woorden de dood zijn arm om mijn schouder legde. Ik vluchtte het dokterskabinet uit. Hoewel ik al lang niet meer rookte, kocht ik buiten een pakje sigaretten om te kalmeren. Ik heb kanker, dus ik ga dood.’ Het was het enige waaraan Jan kon denken. Hij was in shock en wist zich geen raad. Jan was sportief. Voor hem was het een vanzelfsprekendheid dat zijn lichaam goed functioneerde. Plotseling werd het een bron van onrust.

Jan Verhulst

Naarmate de lichamelijke ongemakken verdwenen, nam de angst toe.

Een operatie volstond als behandeling. Toch verliepen de eerste maanden allesbehalve vlotjes. ‘In het begin moest ik herstellen en viel het nog mee. Maar naarmate de lichamelijke ongemakken verdwenen, nam de angst toe. Ik was bang voor de toekomst, voor herval, voor een mogelijk afscheid van de kinderen. Maar er was ook angst om de angst zelf. Als psycholoog wist ik dat die laatste de meest verraderlijke van allemaal is.’ Jan is een psycholoog die gespecialiseerd is in de rationeel-emotionele therapie. Die leert je met je verstand je gevoelens te beheersen. ‘Aan theoretische kennis had ik geen gebrek, maar hoe moest ik die theorie omzetten in praktijk? Ik probeerde niet aan de ziekte te denken, maar voor kanker kun je niet schuilen. Dagelijks hoor je er wel iets over in je kennissenkring of in de media. Ik ging ook bij collega-psychologen te rade, maar ik besefte toen dat je de angst eerst aan den lijve moet hebben ondervonden, vooraleer je weet wat ze met een mens doet.’

‘Misschien was inzicht krijgen in de ziekte wel de oplossing? Ik begon als een gek te googelen. Maar elk antwoord dat ik vond, riep weer andere vragen op. Zo veel visies, zo veel statistieken, zo veel behandelingen. Dat koortsachtig zoeken maakte me nog banger. Niet alleen ik werd er gek van, mijn toenmalige partner ook.’ Jan begon pillen te slikken tegen de angst. ‘Mijn huisarts schreef ze gemakkelijk voor. Ik kwam er snel achter dat ze je angst wel dempen, maar het eigenlijke probleem niet aanpakken. Ook alcohol was even een vlucht, maar biedt net zomin een langetermijnoplossing.’

Jan Verhulst

Verlamd door onzekerheid

Door de angst en vooral door de manier waarop hij ermee omging, zag Jan zijn relatie op de klippen lopen. ‘Doordat mijn partner mij verliet, was ik vaak alleen. Dat is het slechtste wat iemand na zo’n ingrijpende gebeurtenis kan overkomen. Je moet kunnen praten, want dat vermindert de angst al voor de helft. Als psycholoog wist ik dat, maar ik ben er altijd geweest om de problemen van anderen op te lossen. Mijn eigen problemen dacht ik anders aan te pakken.’ De angst werd hoe langer hoe erger bij Jan. Waarvoor hij precies zo bang was, kon hij moeilijk zeggen.

Ik was niet bang was om te sterven, wel om in onzekerheid verder te leven.

‘Bang om te hervallen sowieso, maar er was meer. Denken aan de toekomst maakte me letterlijk ziek. De volgende auto, mijn pensioen regelen, naar de tandarts gaan. Ik stelde het uit, want had het zin? Binnenkort zou ik er niet meer zijn. Ik leefde alsof ik al dood was. Op zeker moment kwam ik erachter dat ik niet bang was om te sterven, wel om in onzekerheid verder te leven.’  

Jan kreeg de indruk dat andere mensen veel dapperder met angst omgingen of leek dat alleen maar zo? Hielden ze zich enkel goed voor het oog van de buitenwereld? Ook Jan hervatte tenslotte zes weken na de operatie zijn praktijk alsof er niets aan de hand was. ‘Goede en slechte momenten wisselden elkaar af. Een prima bloeduitslag kon me geruststellen, maar nooit voor lang. Onmiddellijk dacht ik dan aan die voorbeelden uit mijn omgeving waarbij het onverwacht toch fout was gelopen.’

Jan Verhulst

Meditatie

‘Uiteindelijk heeft het klassieke boeddhisme met zijn meditatie me rust gebracht. Het verplichtte me om net dat te doen wat ik niet wou: nadenken over de dood. Toch ben ik er minder bang door geworden en waardeer ik het leven nu nog meer.’ Is de angst onder controle? ‘Het gaat beter, maar ik ben er nog niet. Ik heb me erop ingesteld dat de ene dag de andere niet is en ik ben opgehouden het uiterste van mezelf te verlangen: altijd kalm zijn. Ik heb ondertussen een boek geschreven over angst na kanker. Ik kreeg goede reacties, het heeft mensen blijkbaar geholpen. Ik besef nog meer dat ik niet de enige ben die moet afrekenen met angst. Dat troost me en maakt me hoopvol.’

Jouw reactie op dit verhaal is altijd welkom. Mail ons via leven@komoptegenkanker.be.

Lees meer verhalen in het magazine Leven

Veel van onze verhalen zijn ook verschenen in het magazine Leven van Kom op tegen Kanker. Abonneer je om geen enkel verhaal te missen!