In het kader van je re-integratieplan kun je met je werkgever de nodige afspraken maken omtrent een eventuele aangepaste hervatting van het werk.
Als je al weer begonnen bent met werken, en het gaat je moeilijker af dan je had gedacht, kun je steeds een raadpleging vragen bij de arbeidsarts (ook preventieadviseur-arbeidsarts genoemd). Hij of zij zal dan nagaan welke aanpassingen mogelijk zijn aan je re-integratieplan.
Ook als je niet via een re-integratietraject aan de slag bent, loont het de moeite om je werkgever om redelijke aanpassingen te vragen. Redelijke aanpassingen kunnen bestaan uit: flexibele werktijden, aangepast meubilair, technische hulpmiddelen, een rustige werkplek, aangepaste werkzaamheden, thuiswerk ...
Wanneer je werkgever niet bereid is om spontaan in te gaan op deze vraag, kun je proberen om redelijke aanpassingen met betrekking tot je arbeidsomstandigheden of -plaats af te dwingen op basis van de Antidiscriminatiewet van 10/05/2007. Dit is wel onder voorwaarde dat je medische situatie als een 'handicap' wordt beschouwd in de zin van deze Antidiscriminatiewet. Dit begrip wordt echter ruim geïnterpreteerd in de rechtspraak. Door je arts geattesteerde concentratieproblemen of vermoeidheid kunnen voldoende zijn om aanspraak te maken op redelijke aanpassingen. Bij Unia kun je terecht voor advies over het zinvolle van een eventuele vordering, en voor eventuele bemiddeling bij je werkgever. Ook je vakbond kan helpen om het gesprek aan te gaan met je werkgever.