De zenuwpijn kan vroeg in de kankerbehandeling optreden of pas na enkele maanden opduiken. Het begint meestal met tintelingen, een doof, slapend of brandend gevoel, soms pijnscheuten. Vooral in de handen en de voeten, want de zenuwuiteinden raken eerst beschadigd. Verder kan er sprake zijn van een overdreven pijnreactie op een relatief onschuldige prikkel, zoals een lichte aanraking of contact met koude zaken. In een volgende fase raakt de fijne motoriek verstoord en ondervind je problemen om bijvoorbeeld veters te binden of kleren te knopen … Uiteindelijk kan ook stappen moeilijk worden