Chirurgische ingrepen voor galwegkanker zijn complex en riskant. De overlevingskansen zijn beduidend beter als je behandeld wordt in een ervaren ziekenhuis. Daarom is het aan te raden om een ziekenhuis en een chirurg te vinden die veel ervaring hebben met die operaties. Vraag de chirurg of de behandelend arts hoe vaak de ingreep in je ziekenhuis gebeurt.
Zit de tumor in het laatste deel van de grote galweg? Dan is het onderscheid tussen galwegkanker en pancreaskanker (alvleesklierkanker) vaak moeilijk te maken. Het laatste deel van de grote galweg loopt namelijk door de kop van de alvleesklier. De operatie van een tumor in het laatste deel van de grote galweg is daarom dezelfde operatie als bij kanker in de kop van de alvleesklier.
Zit de galwegtumor in of vlak bij de lever? Dan moet de arts meestal ten minste de helft van de lever weghalen. Patiënten met een goede conditie en een lever die goed werkt, kunnen tot 70 procent van hun leverweefsel missen. Dat groeit na de operatie weer aan. Na ongeveer drie weken kan de capaciteit van de lever helemaal hersteld zijn. Je algemene conditie en of er al dan niet complicaties opduiken, beïnvloeden hoe snel je herstelt. De operatie heet een hemihepatectomie en het is een grote operatie. Naast het gedeelte van de lever haalt de arts ook de lymfeklieren weg rond de galblaas en galwegen.
Bij perihilaire galwegkanker (de tumor zit in de hoofdgalweg net buiten de lever) is het nodig een nieuwe verbinding te maken tussen de galwegen en de darm. Zo’n nieuwe verbinding heet een anastomose.